Het grijze gevaarte staat weer op ons marktplein. Eens in de zoveel tijd doet het ons dorp aan en dan weet ik dat er een envelop in mijn brievenbus te verwachten is: een oproep voor het bevolkingsonderzoek borstkanker. De uitnodiging gaat alleen naar 50+ers. Als je meedoet neemt de kans op overlijden door kanker in je mama’s met de helft af, zo las ik ergens. Reden genoeg om dit onprettige onderzoek te ondergaan.
Na het bestijgen van een trapje neem ik plaats in de wachtkamer. Eerst dwarrelen mijn gedachten naar twee jonge vrouwen die niet tot deze risicogroep behoorden en er niet meer zijn. Veel te vroeg, veel te jong besprongen door het monster waarvan we nog steeds niet weten waar het vandaan komt. Ze lopen wat uit, dus dwarrel ik verder en bedenk dat dit waarschijnlijk de enige plek is waar mannen niet komen. Zelfs bij de vrouwenarts in het ziekenhuis zitten er mannen in de wachtkamer. Samen met hun zwangere vrouw. Of met hun juist niet-zwangere vriendin terwijl ze wel graag een baby willen.
Maar hier geen mannen. Alleen mensen met borsten nemen hier plaats. In afwachting van een niet al te prettig onderzoek waarbij hun vrouwelijke trots platgedrukt en uitgeknepen wordt, kunnen zij wat lezen. Aan de leesvoorraad te zien houden mensen met borsten vooral van de Linda, de Libelle, VT-wonen, Elegance en de Margriet. Iets anders is er namelijk niet.
Ik voel me niet zo aangesproken door deze voorraad lectuur. Misschien iets kritisch in mijn blik? Mijn buurvrouw spreekt me aan. ‘Die ene Linda zit er vast niet bij’, zegt ze. Ik kijk verbaasd.
‘Die Linda waar 50 piemels in staan.’ Ik heb duidelijk iets gemist. Het schijnt in Showtime geweest te zijn, mij ook al niet bekend. Ze kan haar verhaal niet afmaken want ze is aan de beurt. Ik dwaal weer even verder en vraag me af hoe het eruit zou zien als foto’s van de borsten van de afgelopen 50 vrouwen in de Linda zouden staan. En dan niet de zojuist gemaakte röntgenfoto’s.
Fiet van Beek