Op Texel ontmoette ik Mare van der Mast. We hebben het een en ander gemeen: zij is sinds kort de (eerste) eilanddichter van Texel, ik de (eerste) dorpsdichter van Ermelo, zij is hierdoor opeens een BT-er (bekende Texelaar) geworden, ik een BE-er. Verder pendelen we allebei zeer geregeld tussen onze woonplaats (voor haar Amsterdam, Ermelo voor mij) en Texel en sinds de dag van die ontmoeting staat er van ons allebei een gedicht op Texel langs de Hoornderslag. Genoeg stof voor een leuk gesprek waarin het ook ging over het leven in twee werelden. Haar gedicht Thuis, dat ik met haar toestemming als gastgedicht heb opgenomen, gaat daarover.
De gedichten die deze maand te lezen zijn als je van Den Hoorn naar Paal 9 loopt of fietst, zijn onderdeel van de Lange Juni, de cultuurmaand op Texel. De groene borden staan in het groen van de door Staatsbos beheerde bermen. Van mij staat het gedicht Kadaver langs de weg. Dat ziet er zo uit: